UIt ''Rocking Rebels & de Rooie Frans''
Posted on 19 april 2012 | by Southern Omelet (author: Bart van Vlokhoven)
Hier Deel 1 en 2 uit de Triologie Rooie Frans & The Rocking Rebels, door Southern Omlet.
Wanneer je zijn woonkamer binnenloopt kún je er niet omheen. Hier woont een Elvis-fan. Een Elvis-fundamentalist zoals hij het zelf zegt. Een groot schilderij van hemzelf met The King prijkt boven de bank. Álles wat Elvis Presley ooit opgenomen heeft, bijeengepakt in een 50CD Box, binnen handbereik op tafel.
Maar de aandacht wordt, bij binnenkomst, toch voornamelijk getrokken door de warme ontvangst van Frans. Rooie Frans uit Eindhoven; tegenwoordig wonende in een volksbuurt van Utrecht.
Rooie Frans, Red Elvis of Frans van Dorst – een Eindhovense Legende. Hier tegenover mij aan een tafel in Utrecht. Voorman van de Rocking Rebels, de Elvis-bende die in de jaren 80 naam, faam en vrees maakte in Eindhoven en ver daarbuiten. Het rooie haar is er voor een groot gedeelte van af, maar de naam “Rooie” draagt hij levenslang met zich mee. Met trots
Rooie Frans: een Legende
Aanleiding voor onze ontmoeting was mijn eerdere blog over Elvis Presley in Eindhoven, die enkele reacties opleverde van oud-leden van de Rocking Rebels. Deze bende geldt ontegenzeggelijk als kenmerkend voor de beginjaren ’80 in Eindhoven. Een stukje geschiedenis van de stad.
Als leidraad voor Frans’ verhalen fungeert zijn inmiddels befaamde verzameling krantenknipsels. Alles wat er in de landelijke pers verschenen is over de Rocking Rebels en over Frans zelf in de periode vanaf 1978. Ik krijg het boek mee om er thuis in Eindhoven nog een keer doorheen te bladeren. Maar “bent er zuinig op, ‘t is alles wat ik nog heb uit die tijd”. Ik zelf ben die avond nog in Utrecht op stap geweest maar heb wel tientallen keren zenuwachtig gekeken of ik Het Boek nog bij me had…. Het boek, dat dus weer heel even terug is op vertrouwde bodem. Daar waar de verhalen thuis horen: Eindhoven. Hier heb ik dus de hele historie van de Rebels in mijn handen. Een ontbrekend, maar fascinerend, onderdeel van de canon van Eindhoven.
De rebel is nog steeds niet uit Frans. Dat blijkt als hij begint te vertellen. Aan één stuk door, meeslepend. Hij kent alle namen en gebeurtenissen uit die tijd nog en je wordt onherroepelijk gegrepen door zijn enthousiasme.
“D’r is veel gebeurd. Heel veel. Ik leef zwaar op geleende tijd, ben vaak door het oog van de naald gegaan, had al een keer of wa dood moeten zijn”. Even onderbreekt hij zijn monoloog, als hij zijn twee honden naar buiten moet dirigeren. Eén hond komt uit Eindhoven `en daarom luistert ie nooit`. De andere hond noemt hij Yankee; omdat die bang is voor alles. Een verwijzing naar de Amerikaanse burgeroorlog en Frans’ voorkeur voor de Zuidelijke Staten. “Ik ben een Redneck, maar wel een kleurenblinde Redneck. Zonder negers zou er geen Rock ’n Roll zijn” en hij verwijst naar Arthur Big Boy Crudup, de zwarte blues-zanger uit Mississippi, waarvan Elvis Presley zijn eerste platen gecovered heeft.
De Zuidelijke confederatievlag is onlosmakelijk verbonden met Rock ’n Roll muziek en werd dus ook op de zwarte leren jassen gestikt, de tweede huid van de Eindhovense Rocking Rebels. Het Noorden zag het Zuiden als de rebellen in de Amerikaanse Burgeroorlog en Eindhoven lag nu eenmaal in het Zuiden van Nederland. Een rivaliteit tussen Nieuw Amsterdam en het Zuiden…
Nu, 30 jaar na de hoogtijdagen van de Rocking Rebels, geniet Frans nog steeds aanzien. In Eindhoven, in Utrecht, bij PSV en in de Tattoo-scene. Met zijn uitstraling kan dat eigenlijk ook niet anders: mouwen opgestroopt (het vriest buiten), tattoos van top tot teen en een prachtige verteller.
Zijn eerste tattoo was er een van, hoe kan het anders, Elvis Presley. Frans , toen 18 jaar oud, durfde het destijds nauwelijks tegen zijn moeder te vertellen. Maar moeders zijn moeders en dus… “ge bent gek – hij ken best over 3 weken dood zijn”. Dat was begin augustus 1977, enkele weken later overleed Elvis. Frans heeft het zijn moeder lang kwalijk genomen.
Elvis Presley was “een grillig figuur met onberekenbare buien” aldus het Eindhovens Dagblad (ED) over een Rock ‘n Roll meeting. Zoiets spreekt aan natuurlijk. Frans was er “als klein menneke” bij toen begin jaren ’70 een zaal van het Eindhovense Rembrandt-Theater tijdens de Elvis film Jailhouse Rock volledig afgebroken werd door de aanwezige Elvis-jeugd. Stoel-leuningen en flessen vlogen door de zaal. Reden: Elvis krijgt in die film zweepslagen en dát konden zij toch niet zomaar laten gebeuren…
Elvis Presley zélf heeft hij nooit mogen ontmoeten. In 1977 zou hij zijn, naar later bleek, laatste concerten gaan bezoeken. Dit werd echter teruggedraaid op verzoek van zijn toenmalige vriendin die opperde dat ze er beter nog een paar jaar mee zouden kunnen wachten tot het moment dat ze getrouwd zouden zijn en het financieel wat breder zouden hebben. Op 16 augustus 1977 bleek dat dit dus nooit meer zou kunnen plaatsvinden. De verloving werd verbroken en vanaf dat moment werd Elvis door Frans heilig verklaard.
“Only Elvis can judge me” prijkt er op zijn arm. Een kreet van Frans zelf. Copyright dus.
Gemeentereiniging!
Na zijn verblijf op een internaat voor moeilijk opvoedbare kinderen trok hij, 15 jaar en weer terug in Eindhoven, op met een Elvis-bende. Midden jaren 70, net voor Elvis’ dood verzamelden zij zich vaak met vrienden aan het Plataanpleintje in Strijp, naast de Philips fabrieken, om bier te drinken en over brommers heen te hangen. Cassette-recorder en een stapel Rock & Roll bandjes erbij.
Het ED van 10 mei 1980 besteedt een paginagroot artikel aan de Rocking Rebels en weet de sfeer midden jaren ´70 goed weer te geven `Rond het midden van de jaren ’70 leek er een eind gekomen aan de rock-beweging. De fut was eruit. Na de tragische dood van Elvis Presley, is er toch weer sprake van een massale opleving die zich, conform traditie, voltrekt via groepsvorming. Vooral in Eindhoven is er op dit gebied veel te doen. The Rocking Rebels vormen de voortzetting van de beruchte Eindhovense Elvis/bendes. Een combinatie van operationele strijdmacht en vurige liefde voor de Rock and Roll’
Jaren hiervoor had elk Eindhovens stadsdeel zijn eigen bendes, maar na een grote ruzie met Molukkers uit Vught, spanden meerderen samen.Het waren vaak mooie verhalen van de oudere jongens. Frans behoorde tot de nieuwe generatie; de jeugd die zich nog moest bewijzen.
Frans´ moment kwam echter snel: 1979. Op de dag van PSV-Feyenoord was de hele Eindhovense Elvis-jeugd verzameld op de Piazza voor de Bijenkorf voor een optreden van Elvis-immitator Toon Nieuwenhuisen.
Veel van de Eindhovenaren waren verbaasd, maar niemand leek het echt iets te doen. Toen keek ik links en rechts en dacht ‘Oh.. moet ík het dan zeggen?” “Gemeentereiniging” schreeuwde Frans, klapte aggressief in zijn handen en de Eindhovense Elvis-jeugd stormde de Rotterdammers in. Het werd een afranseling; de meeste Rotterdammers vluchtten verbouwereerd terug richting station. De snelle actie, het samenspel, de verbondenheid… een hechte groep was geboren. .
Marcel, zanger van Bang Bang Bazooka, oppert de naam Rebels. Vanaf dat moment kunnen Eindhoven en de rest van Nederland zich opmaken voor de roemruchte Rocking Rebels, geliefd én verguisd.
Allen voor één – Één voor allen
Frans was 18 jaar oud toen hij de aanval op de Feyenoord-supporters inzette en daarmee de Rocking Rebels in het leven riep. Zijn daadkrachtige actie die middag op de Piazza en zijn karakter, opvliegend maar vooral snel met zijn mond en met zijn vuist, maakten hem de onbetwiste leider van de Rebels. Hij zorgt voor een hechte kameraad-schap binnen de groep. Broederschap, voor elkaar door het vuur gaan, dat staat centraal bij de Rebels. Uit Eindhoven Rockcity Tattoo “Frans is zeg maar een bendeleider met fatsoen, met kameraadschap en respect hoog in het vaandel” Ook voor wat betreft commitment; eerst komen de Rebels, dan pas familie en verkering. “Allen voor één. Één voor allen” staat er ergens in het boek – een heel klein krantenknipsel, maar alleszeggend over de cultuur die er op dat moment heerst en die strak bewaakt wordt door Frans. De Rebels, met Frans als voorzitter, zijn strak georganiseerd. Zeker in vergelijking met bijvoorbeeld de Bennekel Boys, die niet zo zeer aan regels doen. Zijn rode haar gaf hem de bijnaam Rooie Frans. Inmiddels een begrip.
Het is een hechte groep herkenbaar aan hun symbolen. Met een leider. Met reglementen. Zelfs met een soort ballotagecommissie’ (De Tijd, 1980). Net zoals bij de Hells Angels gold er een proeftijd, een soort hang-around- en prospect periode. In die periode diende je te bewijzen dat je er helemaal voor gaat, eensgezindheid. Eerst gaan, dan pas nadenken werd een bekend motto. Als er na 3 maanden minimaal 3 rebels tegen je komst waren dan werd je geen lid. Na de drie maanden proeftijd kreeg je wel een zwartleren Rebel-jack, maar mocht je er het logo en de letters nog niet opzetten. Die moest je verdienen
“Een keer kwam er een neger het clubhuis binnengelopen en wilde lid worden. Enkelen probeerden hem eruit te werken, maar ik heb dat tegengehouden. Die jongen had zoveel lef om hier binnen te gaan. Die had ballen!”. Vrouwen kwamen er in eerste instantie niet bij, later wel maar “dat was dom want het leidde alleen maar tot tweespalt” het was buitenstaanders ten strengste verboden zo’n jack te dragen. Een interview met de Rebels in De Tijd (1980) geeft een beeld van de samenstelling van de groep: “Scholieren heb je erbij, maar dat zijn dan vaak hardnekkige spijbelaars, lui die thuis uit de boot gevallen zijn. Werklozen zijn erbij. En jongeren met slecht werk, zwart werk, zwaar werk: straatmakers, bouwvakkers, chauffeurs, dakdekkers.
Kenmerkend voor het gevoel van eenheid en kameraadschap binnen de groep is misschien ook wel het vaste ritueel van de Rebels om bij concerten of meetings waar het nummer Dixie van de, eveneens Eindhovense, band Mac Taple gespeeld of gedraaid wordt massaal met een vuist in de lucht mee te zingen. Meer dan eens was het nummer ook het beginteken van een massale knokpartij. Zoals tijdens een Rock & Roll meeting in Engeland waar Rebel ‘The Kid’ in elkaar geslagen werd. Wat heet, hij was bijna doodgeslagen.
De Rebels zijn natuurlijk uit op wraak en willen direct verhaal halen maar Frans weet iedereen zover te krijgen om niet gelijk terug te slaan, maar geduld te hebben tot het juiste moment zich aandient. Het heeft natuurlijk geen zin om de vechtpartij reeds op vrijdag in te zetten. Eerst even 2 dagen feesten en dan op zondagavond ”erop ”. Zodra Dixie gespeeld wordt gaan de vuisten in de lucht en gaan alle remmen los. Iedereen waarvan de Rebels denken dat hij ook maar iets te maken zou kunnen hebben met het in elkaar slaan van hun maat krijgt er ongenadig van langs.
“Rauwer, zoals de Hells Angels”
Voor TV-opnamen van een Veronica-documentaire is regisseur Popma op zoek naar de Rock ‘n Roll beleving in Nederland. En hoewel in bijna alle grote Nederlandse steden groepen jongelui zijn die deze stijl aanhangen, richt het programma zich op Amsterdam én op Eindhoven. Want daar had je respectievelijk de Bopcats en de Rocking Rebels. “In heel Nederland heb je Rock and Roll groepen. In Eindhoven heb je echte bendes”.
Marc, de leider van de Amsterdamse Bopcats schildert in die uitzending een slecht beeld van de Rebels:
Tijdens een danswedstrijd in ‘Black Steps’ (off-Stratumseind) wilden enkele Rebels de Bopcat-leider te lijf gaan vanwege zijn uitspraken op Veronica-TV. Binnen een half uur werden de Amsterdammers de tent uitgewerkt: “Als gij ons publiekelijk aanvalt dan zulde gij da ook publiekelijk weer moeten rechttrekken” Het beeld werd rechtgezet gedurende een radio-uitzending van presentator Felix Meurders. Hij meldde dat de Bopcats meer gepolijst waren en de Rebels rauwer, zoals de Hells Angels. “Eindhoven de gekste dat hadden wij toen al uitgevonden” zegt Frans 20 jaar later in het Rockcity Tattoo boek.
Punkers
De Rebels hielden zich in die tijd op in De Vlucht, een houten keet achter het parkeerterrein aan de Raiffeissenstraat, daar waar nu de Pathé staat. Later zouden ze verkassen naar de Metro, in het toenmalige pand van Dynamo. In De Vlucht wordt pure Rock ’n Roll gedraaid. Geen “verbasterde” hardrock en al helemaal geen Punkmuziek. Punkers zijn hun grote antipode. Frans pakt zijn kans om zijn mening publiek te maken in een interview met het ED “ Punkers lopen er bij met kettingen en noem maar op maar zijn geen vechters.
Uit het ED (1980) na een vechtpartij in de stad “Hij (Frans) zei tegen mij ‘jij bent zeker een punker!’ maar ik wist niet eens wat dat was – ik had een colbertje aan … en toen mepte die me zomaar in mijn gezicht… daarna heb ik een jaar lang niet alleen naar Eindhoven gedurfd`
Ook in de Rotterdamse club Exit komt het tot een confrontatie met Punkers. Met zo’n man of twintig uit Eindhoven wordt er heftig op los geslagen. Er wordt geen verschil gemaakt tussen jongens en meisjes.
In 1979 raakten ze slaags met de Dexy’s Midnight Runners, de Engelse band bekend van nummers als “Come on Eileen” en “Geno”. De Rebels gooiden peuken en trokken aan instrumenten. De saxofonist van de band uit Birmingham deelde, hevig geïrriteerd, een klap uit aan een Rebel. Tot aan de kleedkamers van de Effenaar hebben de Rebels de band achterna gezeten. Pas met gratis bier kreeg de Effenaar-leiding de Rebels stil. “Midnight Runners en Rocking Rebels in De Effenaar” staat er de volgende dag in het ED.
28 september 1980 Tuigdag
“Gloriejaar 1980” staat er in grote letters ergens halverwege het boek. Het was het jaar waarin de Rocking Rebels hoogtij vierden. De kern bestond op dat moment uit ongeveer 45 man en de pers besteedde veel aandacht aan hun daden en de Rock ‘n Roll subcultuur.
Als aanloop naar de de eerste Nederlandse Tuigdag in Eindhoven, wordt de vete tussen de Eindhovense Rock n Rollers en andere subculturen nationaal. Tijdens een popconcert van radio-programma VARA’s Lijn 3 krijgt Frans zendtijd om publiciteit te geven aan het komende Tuig-evenement.
Het loopt echter anders. Het hele Nederlandse publiek kon via Hilversum 3 live getuige zijn van ruziënde Eindhovense subgroepen. Zo worden de Rebels er openlijk van beschuldigd “met messen en kettingen hun vijanden te lijf gingen… hardrockers, punkers en eigenlijk alles wat niet Rock n Roll was. Die Elvisgroep verpest ook de boel bij PSV, ook bij de uit-wedstrijden.” Felix Meurders, Frits Spits en de andere VARA presentatoren als intermediair tussen de bekvechtende Eindhovenaren.
“Het tuig komt voor de dag” – paginagroot in het Parool en het artikel overstemd daarmee zelfs “de angst om Kernraket”.
De Eindhovense Tuigdag krijgt nationale aandacht van de grotere landelijke kranten: “het Tuig viert Feest” (AD) ; “Vetkuiven, ruige muziek en tatoeages op eerste Tuigdag” (NRC). In de Nieuwe Revu “Een van de organisatoren is Rooie Frans van Dorst… de leider van de in Eindhoven welhaast legendarische Elvisbende The Rocking Rebels”.
De organisatie van de dag leverde de nodige problemen op; winkeliers van de Markt hebben bezwaar aangetekend.
Het ‘tuig’ van Eindhoven en omgeving mocht, met instemming van gemeente en politie, zonder slag of stoot bezit nemen van het plein. Bedoeling was om aan de ‘gewone burger’ te laten zien dat jongeren meer kunnen dan vernielen en vechten.
De jongeren voelden zich gediscrimineerd. Altijd en overal. Door alles en iedereen. Enkele jongeren komen aan het woord in landelijke kranten : “Wij zijn de negers van Eindhoven, ze zouden ons het liefst wegstoppen. Als de vader van een vriendinnetje hoort uit welke buurt je kwam (Tongelre, Bennekel etc.) dan kon je vertrekken. Ook door club- en buurthuizen worden we geweerd. Als ze ons zien doen ze de deur dicht.” (NRC)
“De hele dag verveel je je kapot en in het café is het gezellig… maar het café kost veel geld want er wordt vinnig veel gedronken. Dus sla je een kerel met een knuppel op zijn kop of je pleegt een tasjesroof. Je wilt er toch bijhoren. Tot je gepakt wordt. Als je dan een net jongetje bent uit een nette buurt kom je er vanaf met een voorwaardelijke straf. Maar wij…. De wouten worden al achterdochtig als je een hakmes bij je hebt “ (NRC / De Tijd)
Crossen, schansspringen, autoduwen, maar ook rock n’ Roll dansen. Er werden zo’n 35 wedstrijden georganiseerd en de soundtrack werd verzorgd door Elvis vanaf vinyl en door Herman Brood, Normaal, Freddy Fingers Lee en ’t Eindhovense Mac Taple vanaf het podium.
Speciaal voor de Rebels schrijft Mac Taple, zo’n beetje de huisband van De Vlucht, het nummer “Rocking Rebels keep on Dancing”. Herman Brood treedt overigens, niet geheel vrijwillig, kosteloos op. Brood probeerde, vanuit een kuuroord in Zwisterland, onder zijn getekende contract uit te komen. Zijn plaats werd ingenomen door Normaal, de rekening zou naar Brood gestuurd worden tenzij hij toch op zou komen dagen…
De Rebels verloren uiteindelijk van de Bennekel Boys. Onduidelijkheid over de uitslag dreigde nog even roet in het eten te gooien, maar Frans gunde de prijs aan de Boys. Een confrontatie werd vermeden.
Het plein werd in de gaten gehouden door een eigen ordedienst van 50 man; maar ‘het tuig’ heeft laten zien dat ze zo’n evenement aan kan. Er was die middag bijna geen wanklank te bespeuren.
Frans had dit reeds voorspelt in De Tijd “De president-directeur van de binnenstadgroep Rocking Rebels glimlacht het gehoor geruststellend toe: "Laat dat maar aan ons over. Als het koptuig het op die dag in de gaten houdt blijft het wel rustig…. Al komen er honderd Hells Angels uit Amsterdam”
De eerste Tuigdag was een geweldig succes. Volgens het boek “Eindhoven Rockcity Tattoo” (2006) wordt deze dag zelfs gebruikt als het startpunt van de muzikale geschiedenis van Eindhoven.
Het begin van Eindhoven Rockcity met Mac Taple als de PPSR (Peter Pan Speed rock) van de jaren ’80.
Meer Foto’s tuigdag op:
- Rocking Rebels Archive - Tuigdag 1980
- You Tube (NeaDelphi5000)
- Bobcats - Tuigdag
PSV
PSV zit hem nog steeds in zijn hart. “De oude L-Side; prachtig!” Boeren is een geuzennaam en Frans draagt deze met trots. Net zoals de tattoo van het logo van de harde kern. Zo nu en dan loopt hij nog wel eens De Aftrap binnen. Hij heeft er nog goede maten zitten. Makkers van nu en van vroeger. Confrontaties waren er voornamelijk met Feyenoord. Na de afstraffing op de Piazza, die het begin van de Rocking Rebels inluidde, werd er in de liederen van de Feyenoord-supporters regelmatig gerefereerd aan de dood van Elvis.
Een nieuwe confrontatie met Feyenoord vond plaats in oktober 1980. PSV-Feyenoord was gepland op dezelfde dag als de Rock n Roll Meeting in het Karregat. Alle vetkuiven dus bij elkaar en een groep van een 80 tot 100 Rebels trokken naar de binnenstad voor een confrontatie met de Feyenoord-supporters. De dreigende confrontatie op de Nieuwstraat leidde tot een gevecht tussen de Rebels en de politie. Het ED besteedt een volledige pagina aan de “veldslag” tussen de Rebels en de Rotterdammers. Frans wordt met naam en toenaam genoemd als de aanvoerder. “Eén van de aangehouden verdachten, Rooie Frans, weet zijn volgelingen te bewegen weg te gaan uit de binnenstad in de richting van het Raiffeissenplein.
Het artikel geeft tevens de kenmerkende sfeer weer van voetbalrellen in je jaren ’80: rookbommen op het veld, de L-Side, stenen afgepakt tijdens het fouilleren, ME’ers met honden, uitsupporters in Vak Z die “na de wedstrijd over de volle breedte van de Mathildelaan, onder begeleiding van politie met honden, terug naar het treinstation worden gebracht”Niet alleen tijdens voetbalwedstrijden streden de Rebels met de Eindhovense politie. `Als we met een grote groep door de stad liepen dan kregen we escorte. Ging er een politiewagen naast ons rijden. We werden steeds in de gaten gehouden` De Rocking Rebels besluiten tot een tegenoffensief. “Rock tegen de smeris” rolt van de persen. Een boekje, voor en door rockers en rebellen, vol handige tips als “geef nooit antwoord op vragen van de politie” en “Verdwijn, waar mogelijk, zo snel mogelijk in het publiek”.
Best AI Website Creator
FACEBOOK COMMENTS WILL BE SHOWN ONLY WHEN YOUR SITE IS ONLINE